Het juiste gebruik van aanhalingstekens

“En hoe citeer je iemand?”

 

Er bestaan twee soorten aanhalingstekens: ‘enkele’ en “dubbele”. Deze worden in een tekst gebruikt om te citeren of om een los woord extra nadruk te geven. Bijvoorbeeld omdat het een onbekend woord is of omdat het ironisch wordt bedoeld. Maar wanneer gebruik je welke soort? En hoe werkt citeren ook alweer?

 

Enkel of dubbel?

Vaak worden dubbele aanhalingstekens gebruikt bij een citaat en enkele voor losse woorden. Maar hier bestaan geen vaste regels voor. Wanneer je welke soort gebruikt, mag je dus zelf invullen. Wel moet je je aan de volgende richtlijnen houden:

  • Hou je aan je eigen keuze. Gebruik je dubbele aanhalingstekens voor citaten? Zorg er dan voor dat je dit in de hele tekst consequent blijft doen.
  • Als binnen een citaat een woord staat dat tussen aanhalingstekens moet, wissel je de aanhalingstekens af:

    “Ik ben ‘slechts’ een uur te laat”, zei Pim.

  • Zet geen spatie na aanhalingstekens openen en voor aanhalingstekens sluiten.

    Citeren

    Het citeren van iemand lijkt niet moeilijk. Je plaatst de uitspraak immers ‘gewoon’ tussen aanhalingstekens. Maar je moet ook rekening houden met andere leestekens.

    Eindigt je zin met een citaat? Dan sluit het leesteken van het citaat ook je zin af:

    De juf zei: “Ga allemaal netjes in een rij staan.”

    De juf riep: “Ga allemaal netjes in een rij staan!”

    Begint je zin met een citaat? Dan gebruik je vaak een komma. De plek van de komma is afhankelijk van de opbouw van het citaat. Als er (zonder de onderbreking) geen komma voorkomt in hetgeen dat geciteerd wordt, dan plaats je de komma na het aanhalingsteken:

    “Ik heb gezien”, zei Merel, “dat ik het vak niet heb gehaald.”

    Zou er wel een komma voorkomen in het citaat, dan plaats je deze voor het aanhalingsteken:

    “Echter,” gaf ze direct aan, “ik mag het wel herkansen.”

    Titels en namen

    Een titel van een publicatie, zoals een boek of een muziekalbum, wordt gecursiveerd en niet tussen aanhalingstekens geplaatst. Schrijf je over een onderdeel hiervan, zoals een hoofdstuk of muzieknummer, dan plaats je dit wel tussen aanhalingstekens:

    Het nummer ‘Vogue’ is de eerste single op het album I’m breathless van Madonna.

    Voor aardrijkskundige namen en eigennamen van personen, straten en bedrijven gebruik je hoofdletters en geen aanhalingstekens:

    De Gouden Lepel is het favoriete restaurant van Joop en Suus.